Nieuw gebouwde huizen behoren zelden tot de eerste
keus van de verhuisgeneigden. De in het woonmarktonderzoek van het KAN
onderzochte gewenste woonomgeving gaf een sterke voorkeur te zien voor
de huizen uit de eind 19e eeuwse ‘schil’ rondom de historische
stadscentra. Bij wonen op het land denkt men ook eerder aan een boerderij
dan aan een etagewoning en eerder aan een dijkwoning dan aan een rijtjeshuis.
De verpretparking, in dit geval het ‘vieren’ van de afwezigheid
van beperkingen, maakt het mogelijk aan deze voorkeuren tegemoet te komen
zonder de kostenvoordelen van de moderne bouwpraktijk uit het oog te verliezen.
Tevens levert dit model een zeer interessante kelder op.
Dijken spelen in het Hollandse landschap een belangrijke rol, ze houden
immers het water buiten. Van oudsher werden deze dijken bebouwd met dijkhuizen.
Uit veiligheidsoverwegingen verdwijnen steeds meer dijkhuizen en in de
hedendaagse wetgeving is het bebouwen van de dijken niet meer mogelijk.
Hierdoor dreigt een belangrijk en typisch Hollands type woning te verdwijnen.
Voor het project Undercover werd de dijkwoning geactualiseerd en toegepast
op een new urban area bij Nijmegen in het oosten van het land.
De dijken, die met hun bebouwing een van de meest streekeigen kenmerken
van het overbetuwse landschap representeren, worden in de plannen voor
De Waalsprong enkel als landschappelijk element ingezet. Terwijl juist
deze dijken goede mogelijkheden in zich dragen nieuwe ontwikkelingen met
streekeigenheid te verbinden. Het is ook dringend nodig deze typologie
van het dijkhuis te actualiseren omdat door verval en dijkverzwaring dit
fenomeen met uitsterven wordt bedreigd.
Voor de ontwikkeling van het voorstel Villa Dijkweg wordt het stuk dijk
dat aan de ‘Lent-zijde’ van de Waal, vanaf de Waalbrug in
de richting Oosterhout slingert gekopieërd en op de nieuw aan te
leggen verkeersas geplakt (afbeelding 1), die in oost-west richting, iets
ten noorden van Lent, de spoorlijn en de autoweg doorsnijdt. Aan weerszijden
van deze dijk worden woningen gepland, die als dijkhuizen gedeeltelijk
in de dijk steken (afbeelding 2). Op en aan weerszijden langs het huis
aan de dijk wordt een pad van ongeveer 2 meter breed aan het huis bevestigd
waarna het dijklichaam wordt weggenomen (afbeelding 3). Het pad is nu
balkon geworden. Het gedeelte boven het balkon wordt met stucwerk afgewerkt
terwijl het gedeelte onder het balkon van onbewerkt beton blijft.
De leefruimte verheft zich boven de straat, op de eerste verdieping, en
is daarmee gevrijwaard van de visuele overlast van het rijdende en geparkeerde
verkeer. Tevens heeft de slingering van de weg een spontane verkeersremmende
werking waardoor frustrerende drempels en verbodsbepalingen om sneller
dan 30 kilometer per uur te rijden op een weg waar vanwege de rechtheid
en de kwaliteit van het wegdijk een snelheid van 100 kilometer per uur
eerder gepast lijkt, volstrekt overbodig worden.
Met de woningdijk kunnen de bewoners zich identificeren met het sterke
imago van het wonen aan een dijk onderwijl genietend van een ruime en
vanwege de bovengrondse ligging in het geheel niet vochtige kelder. Verpretparking
biedt hier de mogelijkheid oorspronkelijke kenmerken van bouwcultuur en
landschap in de actualiteit toe te passen.
|