Het uitgangspunt voor Bureau Venhuizen is een continueringsstrategie
te ontwerpen voor het fenomeen Limes in de toekomstige ruimtelijke ordening.
Daartoe moeten eerst de kwaliteiten van de Limes vastgesteld worden en
vervolgens op grond van overeenkomst van kwaliteiten bekeken worden welke
toekomstige ruimtelijke ontwikkeling het beste het begrip Limes kan kapen.
Dit is volgens Bureau Venhuizen de werkzame wirkungsgeschichte: dingen
blijven bestaan omdat ze worden hergebruikt. Bijvoorbeeld door een archeologisch
principe aan te grijpen om een ruimtelijk ordeningsvraagstuk op te lossen.
Zoals in het nooit uitgevoerde plan van een bouwconsortium om de Romeinse
Corbulogracht nieuw leven in te blazen. Het voorstel was de gracht uit
te graven en te gebruiken als tunnel voor de HSL, waarboven dan weer water
zou komen. De HSL-lijn zou in de vermoede loop aangelegd worden en de
herinrichting van het Romeinse kanaal zou als een kadootje overblijven.
(De continuïteit, hoe letterlijk ook, ontstond echter enkel door
de Corbulogracht te reduceren tot een rechte waterloop tussen Rijswijk
en Leiden, precies het moeizaamste stuk voor het tracéverloop van
de HSL.)
Of door het hergebruiken van een overheersingsstrategie, zoals de Verenigde
Staten zich welhaast als de erfgenamen van het Romeinse 'imperium sine
fine' lijken te beschouwen in deze tijd. In deze overheersing zonder bezetting
bestaat het cultureel kolonialisme uit standaardisatie, taaloverdracht,
propaganda en branding. Binnen dit raamwerk, dat de Amerikanen net als
de Romeinen, niet vullen maar wel beheersen, blijft ruimte voor de regionale
cultuur.
Hergebruik landschap In het kader van overleving
door hergebruik zijn erfgoed en geschiedenis heel goed bruikbaar om de
ruimte te claimen voor een in de toekomst noodzakelijk geacht gebruik.
De geschiedenis heeft een gelaagd landschap opgeleverd waarin voortdurend
hergebruik op gebruik is gestapeld. Wanneer je dit hele pakket aan door
het landschap opgedane geschiedenis in je toekomstige gebruik wilt respecteren
en, lastiger nog, zou willen reflecteren, beland je in een grabbelton
van referenties en mogelijke aanknopingspunten. Deze gegevens zijn zelfs
vaak in tegenspraak.
Strategie: actuele betekenis Limes Elke keuze
voor het thematiseren van een moment in de geschiedenis is in feite willekeurig.
Het is echter de kunst om een geloofwaardige legitimatie van die willekeur
te vinden zodat die willekeur door eenieder kan worden omarmd.
Dat geldt ook voor de Limes. In dit voorstel wordt de Limes bewust niet
opgevat als een fantoomconcept - als zou de (betekenis van de) nagenoeg
verdwenen Limes nog immer doorwerken en voelbaar zijn in het heden. Om
die reden is ook niet gezocht naar een verwijzing naar de vroegere betekenis
- al dan niet binnen een toeristische context - zoals fiets-en wandelroutes,
themakaarten of historische reconstructies. Die ontstaan vanzelf wel in
de zoektocht naar bevestiging van de regionale wortels.
Bureau Venhuizen heeft ervoor gekozen om op zoek te gaan naar een actuele
betekenis van het begrip Limes die te verbinden is met een toekomstige
ruimtelijke ontwikkeling. Die zoektocht leverde het volgende op.
Historie De Limes was een grootschalig netwerk
van verdedigingen, dwars door Europa. In Nederland werd de Limes vooral
gekenmerkt door waterwegen. Dit water vormde een natuurlijke afscheiding,
maar leverde ook verbindingen op voor transport - zowel binnen het Rijk
als erbuiten. De Romeinen pasten zich aan de dynamiek van het water aan,
door zich bijvoorbeeld alleen op hoger gelegen punten te vestigen.
Archeologie Archeologen doen het liefste niets
met archeologische vindplaatsen. Vanuit het idee dat de toekomst recht
heeft op een eigen interpretatie en toetsing van het verleden, worden
wanneer mogelijk veel archeologsiche resten 'in situ' bewaard. Het instandhouden
van dit bodemarchief is misschien wel de belangrijkste opgave van hedendaagse
archeologen.
Water is daarbij een goede bewaarder voor archeologische vondsten gebleken:
onder water rot hout niet en blijven bodemstructuren in tact.
Actualiteit De strategie van de archeologen
betekent ook ruimtelijk gezien niets doen. Gezien de huidige ruimtelijke
ordening in Nederland is het echter buitengewoon gevaarlijk om niets te
willen doen. Gebieden moeten een identiteit hebben anders zijn ze vogelvrij
voor de allesverslindende ordening. Dus ook, en misschien wel vooral,
als je ergens niets wilt doen, moet je er een sterk concept voor bedenken.
In de onlangs gestarte nationale campagne 'Nederland leeft met water'
en het 'ruimte voor water programma' dat daaraan ten grondslag ligt, wordt
aandacht gevraagd voor de waterhuishouding in de toekomst. Water moet
meer ruimte krijgen om beheersbaar te blijven. Dus in plaats van harde
grenzen, moet het landschap zo ingericht worden dat als het ware meebeweegt
met de dynamiek van het water. Dit betekent: herstelde natuurlijke waterlopen,
geen absolute controle van de waterstanden meer en vooral het inrichten
van grote gebieden om water op te vangen en vast te houden.
Volgens de ROB betekent dit enerzijds dat archeologische vindplaatsen
verloren kunnen gaan bij dijkverzwaringen, uiterwaardverlagingen en het
hergebruik van oude
geulen ten behoeve van bypasses rond steden. Anderzijds kan integraal
waterbeheer ook positief op archeologische vindplaatsen uitwerken. Met
name het langer vasthouden van water -vernatting van de bodem- kan er
toe leiden dat organische resten beter bewaard blijven.
Europa heeft in zekere zin de Limes als ruimtelijk fenomeen geërfd.
Neem nu de wateropgave die zich evenals de Limes niet tot Nederland beperkt.
Dit betekent dat moet worden samengewerkt met andere landen in Europa.
Onlangs werd in Xanten - dat zijn imago ook grotendeels dankt aan de Romeinse
geschiedenis - een van de eerste wateropvanggebieden van Duitsland - aangelegd.
Het resultaat is dat de Rijn in Nederland enkele centimeters lager blijft
in natte periodes. Nederland betaalde daarom graag mee aan dit project.
Door nu historie, archeologie en actualiteit met elkaar te verbinden onstaat
een geloofwaardige legitimatie voor de keuze van de Limes als fenomeen
dat sturend kan zijn bij toekomstige ruimtelijke ontwikkelingen. In de
begrippen spaarwater en limex wordt dit verder uitgewerkt.
Spaarwater In de wateropgave schuilt volgens
Bureau Venhuizen precies de optimale actualisering van de Limes als een
grensoverschrijdende archeologische zone. Wanneer je zoveel mogelijk gebieden
waar archeologische Limes vondsten worden vermoed, inricht voor wateropvang,
is daarmee allereerst ontwikkeling in deze gebieden uitgesloten. Ten tweede
worden deze vondsten door het water gespaard.
Zo ontstaat het Limes Spaarwatermodel, dat zich niet hoeft te beperken
tot de gebieden langs de Rijn waar de oorspronkelijke Limes wordt vermoed.
Limes gebieden kunnen zich langs alle rivieren bevinden waar waterberging
een nieuwe opgave is. Hiermee krijgt de Limes een nieuwe betekenis en
bewijst haar vitaliteit lang nadat haar bewijzen in het zompige veen zijn
verdwenen. Zou de Limes op deze manier ook een symbool kunnen worden van
de Europese eenwording?
Op de Archeologische Monumentenkaart (een onderdeel van De Nieuwe Kaart
van Nederland) is te zien waar de resten van de Limes de geplande wateropvanggebieden
kruisen. Daar zou het Limes Spaarwatermodel toegepast kunnen worden.
Limex Binnen deze spaarwatergebieden zijn als
vanzelfsprekend ontwikkelingen uitgesloten, tenzij ze voldoen aan de eisen
van de continuïteit. Voor deze opgave kan een Limes extra programma
opgestart worden oftewel LIMEX. LIMEX is een onderzoeksprogramma naar
Romeinse vestigingsprincipes. De vraag staat centraal hoe lokale identiteit
en uniciteit gewaarborgd kunnen worden binnen het gebruik van generieke
(bouw)principes. Uit dit programma kan een aantal specifieke prijsvraagopgaven
voortvloeien.
De invloed van de Romeinen vroeger en van de Amerikanen nu, heeft ook
in ruimtelijke ordening haar weerslag gekregen. De standaardisatie van
bouwvormen, het gebruik van een bouwgrid, het pre-fab principe, de vinexwijken
en de gelijkvormigheid van binnensteden en het buitengebied zijn daar
het levende bewijs van. Hoe kun je deze vestigingsprincipes op zo'n manier
hergebruiken dat er ruimte ontstaat voor het streekeigene - in dit geval
in het spaarwatergebied. De lokale identiteit moet je immers serieus nemen
en gebruiken om je universele raamwerk te verbijzonderen. Daarbij komt
dat identiteit niet op te leggen is, die moet ontstaan.
Limex zoekt dus nadrukkelijk niet naar illustraties van Romeinse aanwezigheid
maar naar hergebruik van Romeinse vestigingsprincipes. Per ontwikkelingsopgave
kan worden bekeken op welke wijze deze Romeinse principes in het programma
van eisen moeten worden verankerd.
Een mogelijke prijsvraagopgave kan zijn hoe deze thematiek zich vertaalt
in zowel een droge als in een natte limex, aangezien het spaarwatermodel
zowel nat als droog gebied oplevert.
Conclusies De continueringsstrategie voor het
fenomeen Limes ligt voor Bureau Venhuizen in de verbinding met het waterbergingsprogramma.
Die strategie kan op diverse manieren uitgewerkt worden, maar zal zich
bewegen tussen twee uitersten:
In een zogenaamde witte benadering kan de Limes het waterbergingsprogramma
een culturele identiteit verlenen. Daarbij geeft het een nieuwe betekenis
aan de Limes, die tot ver buiten de grenzen van het historische gegeven
Limes kan gaan uitgroeien. Vanuit de archeologische gegevens kan het waterberginsprogramma
zelfs beter worden aangestuurd en vormgegeven.
Hier tegenover staat de zwarte benadering. Door de onvermijdelijke conflicten
die door de uitwerking van het waterbergingsprogramma gaan ontstaan, krijgt
de nieuwe Limes gestalte. De archeologische component kan in staat zijn
de scherpe kanten van het moeizame proces te halen.
Mogelijke onderzoeksopdrachten die uit deze strategie kunnen voortvloeien
zijn:
1: Spaarwaterschappen
Is het mogelijk om vanuit de cultuurhistorische hoek, onder de vlag van
Limes, de verschillende dynamieken en belangen rondom de rivieren, zoals
waterberging maar ook bijvoorbeeld ontwikkelingen op transportgebied,
in een nieuwe organisatievorm te verenigen?
2: LIMEX
Op welke manier kan in de spaarwatergebieden ruimtelijke ontwikkeling
gebaseerd op historische principes binnen de unieke kwaliteiten van de
locatie plaatsvinden.
|